Aan gelovigen die op vrijdagen in de Vasten na de communie dit gebed bidden voor een afbeelding van de gekruisigde Christus wordt - onder de gebruikelijke voorwaarden van biecht, heilige communie en gebeden voor de intenties van de Paus - een volle aflaat verleend. Op andere dagen van het jaar kan men een gedeeltelijke aflaat verkrijgen.
Latijn
En ego, o bone et dulcissime Iesu, ante conspectum tuum genibus me provolvo, ac maximo animi ardore te oro atque obtestor, ut meum in cor vividos fidei, spei et caritatis sensus, atque veram peccatorum meorum paenitentiam, eaque emendandi firmissimam voluntatem velis imprimere; dum magno animi affectu et dolore tua quinque vulnera mecum ipse considero ac mente contemplor, illud prae oculis habens, quod iam in ore ponebat tuo David propheta de te, o bone Iesu: Foderunt manus meas et pedes meos: dinumeraverunt omnia ossa mea. Amen.
Nederlands
O goede en allerzoetste Jezus, zie ik werp mij in Uw tegenwoordigheid op de knieën en ik bid en smeek U met al de vurigheid van mijn ziel dat Gij U gewaardigt in mijn hart te drukken levendige gevoelens van geloof, hoop en liefde, een oprecht berouw over mijn zonden en de vaste wil mij te beteren, terwijl ik in mijzelf met grote aandoening en droefheid Uw vijf Wonden overweeg en in de geest beschouw, voor ogen hebbende hetgeen de profeet David U reeds deed voorzeggen van Uzelf, o goede Jezus: Zij hebben Mijn handen en Mijn voeten doorboord, zij hebben al Mijn beenderen geteld.
Onze Vader...
Wees gegroet...
Eer aan de...
28 maart 2025
Gebed tot de gekruisigde Jezus
27 maart 2025
Kruiswegoefening op vrijdag
Wij aanbidden U, Christus, en loven U,
omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld hebt verlost.
Morgen - en op alle vrijdagen in de vasten - wordt rond 11.45 uur (aansluitend op de heilige Mis) in onze kerk de kruisweg gebeden.
Daarna is er een korte kruisverering.
Informatiebulletin elke maand per e-mail
Wilt u het maandelijkse Informatiebulletin, een uitgave van onze parochie, voortaan als eerste per e-mail ontvangen? Stuurt u dan een (lege) e-mail naar bulletin@agneskerk.org met als onderwerp: “Bulletin: ja”.
25 maart 2025
25 maart: Maria Boodschap, hoogfeest
De Kerk viert op 25 maart, negen maanden vóór Kerstmis, de ontvangenis van Jezus Christus. Deze gebeurtenis valt samen met de verschijning van de aartsengel Gabriël aan de heilige maagd Maria, waarbij de engel haar de Menswording van God aankondigt.
In de zesde maand werd de engel Gabriël door God gezonden naar een stad in Galilea, met de naam Nazaret, naar een maagd die verloofd was met een man genaamd Jozef, die uit het huis van David stamde; haar naam was Maria. De engel trad bij haar binnen en zei: `Verheug u, begenadigde, de Heer is met u.' Zij raakte geheel in verwarring door wat hij zei en vroeg zich af wat deze begroeting te betekenen had. Maar de engel zei: ‘Schrik niet, Maria, u hebt genade gevonden bij God. U zult zwanger worden en een zoon baren, die u de naam Jezus moet geven. Hij zal een groot man zijn, en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd. God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. Hij zal eeuwig koning zijn over het huis van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’ ‘Maar hoe moet dat dan?' zei Maria tegen de engel. ‘Ik heb geen omgang met een man.' De engel antwoordde haar: ‘Heilige Geest zal op u komen en kracht van de Allerhoogste zal u overdekken. Daarom zal het kind heilig genoemd worden, Zoon van God. Bovendien, ook Elisabet, uw verwante, is op haar oude dag zwanger van een zoon; zij werd onvruchtbaar genoemd, maar zij is al in haar zesde maand. Want voor God is niets onmogelijk.' Toen zei Maria: ‘Ik ben de dienares van de Heer; laat met mij gebeuren wat u gezegd hebt.' Toen ging de engel van haar weg.
Op deze dag vieren wij het begin van onze verlossing, de vervulling van het profetische woord zoals dit in het Evangelie wordt vermeld: 'Zie de maagd zal zwanger worden en een zoon ter wereld brengen' (Mt. 1,23), de intrede van Christus in deze wereld: 'Slachtoffers en gaven hebt Gij niet gewild, maar Gij hebt voor mij een lichaam bereid...Ik ben gekomen, o God, om Uw wil te doen' (Heb. 10,5-7).
De Kerk die - als een van de weinige in deze wereld - opkomt voor het ongeboren menselijk leven, ziet in het feest van Maria Boodschap een getuigenis van de waardigheid van de mens vanaf zijn conceptie tot aan zijn natuurlijke dood. Er wordt immers verkondigd dat de Zoon van God al bij de Annunciatie Zijn intrede in de wereld deed. De Incarnatie begint dus bij Christus' ontvangenis en niet pas bij Zijn geboorte.
In Nazareth wordt Maria Boodschap luisterrijk gevierd in de kerk van de Annunciatie (ook wel Verkondigingsbasiliek genoemd). Dit heiligdom is gebouwd op de fundamenten van kerken uit de Byzantijnse tijd en de kruisvaardersperiode. Op die plaats kreeg Maria de verschijning van Gabriël.
24 maart 2025
24 maart: Heilige Gabriël, aartsengel (gedachtenis)
De aartsengel Gabriël treedt twee keer op in het boek Daniël in het Oude Testament. In Daniël 8, 15-26 wordt een visioen van de profeet beschreven. Daarin verschijnt hem iemand 'die er uitzag als een man'. Een stem vanuit de verte over het Ulaikanaal beveelt Gabriël ervoor te zorgen dat Daniël zijn visioen begrijpt.
In hoofdstuk 9, vers 21, van datzelfde Bijbelboek vliegt Gabriël tijdens het gebed van Daniël naar hem toe om uitleg te geven over hoe en wanneer God de zonden van de Israëlieten zal vergeven.
In het Boek Henoch wordt Gabriël beschreven als 'een van de heilige engelen, die aangesteld is over het paradijs, de slangen en de Cherubijnen' (1 Henoch 20, 7-8).
In de joodse traditie wordt Gabriël niet alleen als boodschapper van God beschouwd, maar ook als de ‘engel des doods’.
Gabriël komt ook twee maal voor in het Evangelie volgens Lucas. In Lucas 1, 11-20 kondigt een engel aan Zacharias de geboorte van zijn zoon, Johannes de Doper, aan. Zacharias vraagt hem of die boodschap wel juist is. Hierop antwoordt de engel: "Ik ben Gabriël die altijd in Gods nabijheid is, en ik ben gezonden om je dit goede nieuws te brengen."
De belangrijkste rol van Gabriël beschrijft Lucas in hoofdstuk 1, 26-38, als hij aan de maagd Maria aankondigt dat zij – in haar maagdelijkheid – zwanger zal worden, en een zoon zal baren die Jezus, Zoon van de Allerhoogste, zal worden genoemd. Deze gebeurtenis noemen we Annunciatie of Maria Boodschap, een van de grootste christelijke feesten, dat we op 25 maart (morgen), precies negen maanden vóór Kerstmis, vieren.
Bij de Annunciatie wordt Gabriël vaak afgebeeld met witte lelies in zijn hand, als symbool van de maagdelijkheid van Maria. Soms ook met een bazuin, als symbool van de aankondiging van Jezus’ geboorte. Indien hij alleen wordt afgebeeld, dan draagt hij vaak een scepter, als teken van door God gegeven autoriteit.
In 1946 publiceerde Gabriël Smit een boekje over heiligen voor kinderen. Daarin komt ook een rijmpje voor over de aartsengel Gabriël:
Sint Gabriël, die vlug en zacht,
de Maagd de liefste boodschap bracht,
zij heeft uw tijding blij aanvaard
al bleef geen droefheid haar gespaard.
Kom bij mij engel, als 'k vergeet
wat Jezus’ Moeder voor ons leed.
23 maart 2025
O Jesu zoet
O Jesu zoet,
gekleurd met bloed
door kroon en geselroede.
Waar gaat Gij heen;
zijn Uwe leên,
Uw hart niet lijdensmoede?
Jezus, ik vrage:
Waarom gedragen
't hout van de schande naar Golgotha?
Onschuldig Lam,
wat ik niet nam
tot boeting mijner zonden.
Hebt Gij zo blij
getorst voor mij
Uw liefde sloeg U wonden.
Jezus, ik vrage:
Waarom gedragen
't hout van de schande naar Golgotha?
O Jesu zoet,
geef mij de moed
om 't kruis met U te dragen.
Hoe zwaar het zij,
Uw kracht zal mij
bij 't zwakke pogen schragen.
Jezus, ik vrage:
Waarom gedragen
't hout van de schande naar Golgotha?
Derde zondag van de vasten
Epistel
Ef. 5, 1-9
Broeders, weest navolgers van God, als Zijn veelgeliefde kinderen; en leeft in liefde, zoals ook Christus ons heeft liefgehad en Zichzelf voor ons heeft overgeleverd als een gave en een offer van welriekende geur voor God. Ontucht echter en onreinheid of hebzucht mag onder u zelfs niet genoemd worden, zoals het heiligen past; evenmin iets oneerbaars, onbehoorlijke scherts of dubbelzinnige taal, die niet te pas komt; maar veeleer gebeden van dankzegging. Want weet en beseft het wel: niemand, die zich overgeeft aan onkuisheid of onreinheid of aan hebzucht – wat afgodendienst is – zal een erfdeel ontvangen in het rijk van Christus en van God. Laat niemand u misleiden met ijdel gepraat; want om zulke dingen komt Gods toorn over de weerspannige mensen. Daarom moet gij met hen niet meedoen. Want vroeger waart gij duisternis; maar nu zijt gij licht, in de Heer. Gedraagt u dus als kinderen van het licht. De vrucht namelijk van het licht bestaat in louter goedheid en rechtvaardigheid en waarheid.
Evangelie
Lc. 11, 14-28
In die tijd dreef Jezus een duivel uit, die stom was. En toen Hij de duivel uitgedreven had, begon de stomme te spreken, en de menigte stond verbaasd. Maar sommigen onder hen zeiden: Door Beëlzebub, de vorst der duivels, drijft Hij de duivels uit! En anderen, die Hem op de proef wilden stellen, verlangden van Hem een teken uit de hemel. Maar Hij kende hun gedachten, en zei tot hen: Ieder rijk, dat innerlijk verdeeld is, zal ten gronde gaan, en het ene huis zal op het andere vallen. Wanneer dus ook de Satan innerlijk verdeeld is, hoe zal zijn rijk dan kunnen standhouden? Gij zegt immers dat Ik door Beëlzebub de duivels uitdrijf. Maar als Ik door Beëlzebub de duivels uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze dan uit? Daarom zullen zij uw rechters zijn. Doch als Ik door de vinger Gods de duivels uitdrijf, dan is inderdaad het rijk van God onder u gekomen! Zolang een sterke man in volle wapenrusting zijn erf bewaakt, is geheel zijn bezit in veiligheid. Maar als er iemand komt, die sterker is dan hij, en hem overmeestert, dan ontneemt hij hem al zijn wapens, waarop hij vertrouwde, en verdeelt zijn buit. Wie niet mét Mij is, is tégen Mij, en wie niet verzamelt met Mij, verstrooit! Wanneer de onreine geest uit iemand is weggegaan, zwerft hij rond in dorre streken, waar hij zoekt naar rust. En als hij die niet vindt, zegt hij: Ik ga terug naar mijn huis, waar ik ben uitgegaan! En bij zijn komst vindt hij het schoongeveegd en in orde gebracht. Dan gaat hij zeven andere geesten halen, nog bozer dan hijzelf, en zij treden daar binnen, en vestigen er hun verblijf. Zo wordt de laatste toestand van die mens nog erger dan de eerste. En terwijl Hij zo sprak, verhief een vrouw uit de menigte haar stem en riep Hem toe: Welzalig de schoot, die U mocht dragen, en de borst, die U mocht voeden! Maar Hij zei: Ja, waarlijk zalig zij, die het woord Gods aanhoren en het bewaren!
Overweging
In de lezingen van deze derde zondag van de Vasten legt de Kerk wederom de nadruk op de heiligheid die ons christelijk leven moet kenmerken.
In de lezing aan de Efesiërs worden wij opgeroepen navolgers van God te zijn. Dat betekent, zo zegt de lezing, dat wij moeten leven in de liefde van Christus, zoals Hij ook ons heeft liefgehad, door ons oude aardse zondige leven af te leggen, dat bestaat uit onwaarheid en onzuiverheid; wij moeten voortaan leven als heiligen in Christus. Hierin raakt de lezing precies onze opdracht tot heiligheid aan, en geeft midden in de vastentijd ons opnieuw de kans om onze levenswandel te overwegen en om daarin eventueel correcties aan te brengen.
Die onaangename vragen over ons eigen leven zouden wij ons eens in alle eerlijkheid moeten stellen. Indien wij dat niet doen, dan blijven wij namelijk in de schaduw wandelen en kunnen wij God niet duidelijk zien. De lezing waarschuwt ons voor wat er zal gebeuren met degenen die in het oude leven van laster en onzuiverheid blijven hangen. Zij zullen geen erfdeel ontvangen in het rijk van Christus, zegt de apostel Paulus, omdat dit afgodendienst is.
Welk een opdracht is aan ons gegeven en welk een verandering zal er in ons leven moeten plaatsvinden als wij in de genade van God als Zijn kinderen willen leven. Het is goed dat wij de heilzame gewoonte aanleggen om dagelijks onze levenswandel in een kort gewetensonderzoek te beproeven. Op die manier kunnen wij bij de eerste tekenen van misleiding spoedig opnieuw ons leven richten op de liefde van God in Jezus Christus. Dat is ook de vermaning aan ons, waarmee de lezing wordt beëindigd: “Gedraagt u dus als kinderen van het licht”.
In het Evangelie van deze zondag wordt de gedachte over het oude leven in zonde en het nieuwe leven in de genade in alle duidelijkheid uitgebeeld. Wij zouden misschien kunnen denken dat beide met elkaar kunnen co-existeren, maar deze dodelijke illusie wordt eens en voor altijd door Christus Zelf ontmanteld. Hij zegt tot ons dat ieder rijk dat innerlijk verdeeld is te gronde zal gaan. Die verdeeldheid bestaat hierin dat het goede en het kwade niet in één-en-dezelfde persoon tegelijk kunnen bestaan. Voor ons betekent dit concreet en zonder twijfel dat wij in de genade óf in de zonde leven. Anders gezegd: dat wij deel hebben aan het eeuwig leven of dat wij door de zonde tot het hellevuur gevallen zijn.
Met dit Evangelie wil de Kerk ons sterken in de strijd tegen de duivel, die wij tijdens het vasten met nieuwe ijver aangaan. Dat Christus in het Evangelie een duivel uitdrijft toont aan de zondaar dat de genade sterker is dan de zonde. Het laat ook zien dat er voor de zondaars op aarde nog altijd hoop bestaat, die ligt namelijk in de onvoorwaardelijke overgave aan de wet van Christus. Wij moeten de moed opbrengen om onze ogen op Hem te fixeren. Als onze ogen altijd op Hem zijn gericht, dan worden wij zozeer verblind door Zijn heerlijkheid en dan wordt onze ziel zodanig bevangen door het verlangen om deel te hebben aan Zijn liefde dat zij niet meer aarzelt het kruis te omhelzen. Wij moeten Hem willen aanzien en onze geest terugbuigen, keer op keer, van het geschapene naar God, dus ons steeds afwenden van het aardse en omkeren naar God.
Aan het einde van dit zondagsevangelie horen wij uit de mond van een vrouw die haar stem verhief een zalige lofprijzing aan de heilige Moeder Gods: “Zalig de schoot die U mocht dragen en de borst die U mocht voeden”. Het antwoord van Christus hierop is voor ons een woord van hoop en bemoediging: “Ja waarlijk zalig zijn zij, die het Woord Gods aanhoren en het bewaren”. Nemen wij dus in de strijd van dit leven onze toevlucht bij de Zoete Moeder en bewaren wij, zoals zij dat deed, het Woord Gods. Het bewaren van Zijn Woord zal ons tot zaligheid en eeuwig leven dienen.
22 maart 2025
Nieuwe biechtspiegel verschenen
Er is een nieuwe Nederlandstalige praktische biechtspiegel voor volwassenen verschenen. Deze biechtspiegel is een uitstekende hulp om u voor te bereiden op een goede biecht. Deze bevat zowel de geestelijke voorbereiding met gebeden als de praktische uitleg van de geboden Gods, de geboden van de Kerk, en de hoofdzonden.
In het gewetensonderzoek onderzoeken wij zorgvuldig onszelf en ons leven ten overstaan van God, maar zonder angstvalligheid. Met kinderlijk vertrouwen herinneren wij ons Zijn goddelijke aanwezigheid en plaatsen wij ons heel bewust in Zijn licht.
De biechtspiegel dient ter ondersteuning van het geheugen en is een uitstekend middel dat het geweten helpt vormen. Het zou echter een misverstand zijn hem te beschouwen als een volledige lijst van zonden en van alle persoonlijke plichten van een christen in de wereld. Hij kan geenszins een goede catechese over de biecht vervangen.
De biechtspiegel is verkrijgbaar achter in de kerk. Een vrijwillige bijdrage wordt op prijs gesteld.
19 maart 2025
Sint Jozef, laat ons loven
Sint Jozef, laat ons loven
uw reinheid, zuiver als het licht.
Een engel kwam van boven
met nooit doorgrond bericht:
Uw Bruid zou maagd en moeder zijn.
Hoe stond uw droom vol hemelschijn.
Uit wie gij had verkoren
werd God geboren.
Sint Jozef, laat ons loven
uw tedere goedheid en uw kracht.
Een kindje kwam van boven,
Dat weende heel de nacht:
De last leek zwaar, de toekomst bang,
maar ver zong heldere engelenzang.
Ge wist wel wat te geven:
Ge geeft uw leven.
Sint Jozef, laat ons loven
uw trouw, in eenvoud tot de dood.
Uw bijstand komt van boven
met troost in elke nood:
De wind vlaagt op, het weer wordt zwaar,
maar verre blinkt de hemel klaar.
Och, help ons, goedgezinden,
eens Jezus vinden.