20 september 2009

Preek voor de 16e zondag na Pinksteren

Hij raakte hem aan, genas hem en liet hem heengaan.

Epistel
Efesiërs 3, 13–21
Broeders, ik bid u, dat gij niet de moed verliest ter wille van de wederwaardigheden, die ik voor u verduur; want dat is juist een eer voor u. Daarom buig ik mijn knieën voor de Vader van onze Heer Jezus Christus, aan Wie alle vaderschap in de hemel en op aarde zijn naam ontleent. Moge Hij overeenstemmig de rijkdom van Zijn glorie u geven: dat gij naar de inwendige mens krachtig wordt gesterkt door Zijn Geest, en dat Christus woont in uw hart door het geloof; opdat gij, aldus geworteld en bevestigd in de liefde, in staat zijt om met alle heiligen de breedte en de lengte, de hoogte en de diepte te begrijpen, en de liefde van Christus te kennen, die alle begrip te boven gaat, om aldus volmaakt te worden naar heel de volheid Gods. Aan Hem nu, Die bij machte is om door de kracht, die in ons werkt, veel meer tot stand te brengen, dan wij kunnen vragen of begrijpen, aan Hem zij de eer in de Kerk en in Christus Jezus tot in alle geslachten van de eeuwen der eeuwen. Amen.

Evangelie
Lucas 14, 1–11
In die tijd kwam Jezus op een sabbat in het huis van een der voornaamste Farizeeën, om er de maaltijd te gebruiken; en zij letten zeer scherp op Hem. En zie, daar stond vóór Hem een man, die aan waterzucht leed. Jezus richtte Zich tot de wetgeleerden en Farizeeën met de vraag: “Mag men op sabbat iemand genezen of niet?” Maar zij zwegen. Dan raakte Hij hem aan, genas hem en liet hem heengaan. Maar tot de anderen sprak Hij: ”Wie van u zal niet zijn ezel of zijn os, die in een put valt, terstond eruit halen, al is het een sabbatdag?” En zij wisten niets daartegen in te brengen. Ook hield Hij aan de gasten een gelijkenis voor, omdat Hij bemerkte, hoe zij de eerste plaatsen uitzochten. Hij sprak tot hen: “Als gij ter bruiloft wordt genodigd, neem dan niet de eerste plaats in; want misschien is er iemand genodigd, die voornamer is dan gij; en dan zou hij, die u en hem heeft uitgenodigd, u komen zeggen: Maak plaats voor deze; dan zoudt gij met schaamte de laatste plaats moeten innemen. Maar als gij genodigd zijt, neem dan de laatste plaats; wanneer dan uw gastheer binnenkomt, zal hij tot u zeggen: Vriend, ga hoger op! Dat zal een eer voor u zijn in het oog van al de disgenoten. Want al wie zich verheft, zal vernederd, maar wie zich vernedert, zal verheven worden.”

Preek
Het epistel van deze zondag is een hoogtepunt van de diepzinnige brief van de heilige apostel Paulus aan de Efesiërs. Het is een programma van christelijke volmaaktheid in de vorm van een apostolisch gebed. Sint Paulus laat ons zien wat hij aan God durft te vragen voor de christenen. Zo vraagt hij voor ons allen de hoogste genaden, namelijk de innerlijke omvorming en een mystieke kennis van het geheim van de liefde van Christus, dus de gehele overgave van de mens aan de heilige Wil van God.

Een van de redenen waarom de Kerk in de huidige tijd door velen wordt miskend, is dat wij het radicale christelijke ideaal niet in zijn volheid aan de wereld durven voorhouden. Wij hebben het zoveel wij konden aangepast aan de eisen van de huidige samenleving, aan de ongereflecteerde subjectieve gevoeligheden van de mensen, aan de gevestigde gebruiken en conventies van de tegen de orde van God gerichte tirannie-democratie van onze huidige tijd – alsof dat mogelijk zou zijn. In onze tijd zijn wij vergeten dat de mens alleen door het offer van de totale zelfovergave aan de heilige Wil Gods – die aan de wereld wordt voorgehouden door de heilige katholieke Kerk – redding kan ervaren, en niet door een systeem van liberaal-humanistische middelmatigheid.

Wij katholieken zijn vergeten dat wij meer rekening met de zwakheid van onszelf moeten houden, dat wij niet uit eigen kracht de volkomenheid kunnen bereiken een dus daarom de bronnen van genade moeten zoeken, vooral de genade van verzoening door de heilig biecht. Dit sacrament is een noodzakelijke voorwaarde om voor God te kunnen leven en Hem te kunnen bereiken in het leven hierna. Onze heiligheid is Gods werk in ons. Heiligheid is gevuld worden met de volheid die God geeft. Deze heiligheid moet daarom gemeten worden met de maat van Gods onbegrensdheid, met de breedte en de lengte, de hoogte en de diepte van Gods mysterie en de liefde van Christus die alle menselijke wetenschap te boven gaat. Dus de heiligheid wordt niet gemeten met menselijke conventies en opvattingen rustend op de gemakkelijke middelmatigheid, maar alleen door de macht Gods. Daarom ook eindigt de heilige Paulus zijn gebed met deze prachtige lofprijzing: “Zijn macht is reeds aan het werk in ons en zij reikt verder, en oneindig verder, dan onze verwachtingen en stoutste dromen. Moge Hij verheerlijkt worden in de Kerk en in Christus Jezus, altijd en in alle eeuwigheid.”

Wanneer wij katholieken durven streven naar een zuiver geestelijk ideaal en samenwerken met de werkelijkheid van genade die God reeds in ons is begonnen, wanneer wij streven naar de heiligheid zonder bijmengsel die God ons voor ogen stelt, en wanneer wij als kinderen, die niet redeneren noch berekenen, op Hem vertrouwen, zullen wij Hem verheerlijken in de Kerk en in Christus Jezus. De eer van God, die Hij in deze wereld aan de Kerk heeft toevertrouwd, is oneindig breekbaar, zij verdraagt niet de geringste onzuiverheid. Wij mogen de zaak van God niet vermengen met aardse belangen. Wij mogen de macht van God niet verkorten door ons gebrek aan geloof. De Kerk, de bruid van Christus, moet stralen in ongerepte zuiverheid, niet alleen in het algemeen maar ook in al haar ledematen, dus in en door ieder van ons. Uiteindelijk is onze eigen redding alleen daarvan afhankelijk. De Kerk moet in deze wereld de heerlijkheid van God weerspiegelen voor allen die van goede wil zijn, opdat zij bij hen kan binnentreden en hun zielen kan redden.

Beminde gelovigen, de Kerk is, zoals Jezus Zelf, onderwerp van tegenspraak. Hij zendt Zijn Kerk tot de wereld, zoals Hij Zelf gezonden werd, om de waarheid helder en duidelijk te verkondigen, om de verloren zielen te redden uit de duisternis van de zonde. Daarom botst het tussen wereld en Kerk, en daarom moeten wij als christenen onze toevlucht nemen tot de Kerk. Laten wij hopen dat de geestelijke vermaningen aan de christenen in Efese uit het prachtige gebed van de heilige Paulus ook voor ons heilzaam mogen zijn. Amen.