Aan het slot van het Marialof werd vandaag het Salve Regina gezongen bij het beeld van de Moeder Gods. |
In hun homilieën die de heilige Vaders en de grote leraars op het feest van de tenhemelopneming van de Moeder Gods voor het volk hebben gehouden, hebben zij hierover gesproken als over een gegeven dat onder de gelovigen bekend en aanvaard is. Zij hebben deze waarheid verduidelijkt en verklaard. Zij zijn hierbij dieper ingegaan op de betekenis en op het wezenlijke. Daarbij hebben zij vooral het volgende meer in het licht gesteld: op dit feest wordt niet alleen herdacht dat het ontzielde lichaam van de heilige maagd Maria het bederf niet heeft gekend, maar ook dat zij de overwinning op de dood heeft behaald en in de hemel verheerlijkt is naar het voorbeeld van haar eniggeboren Zoon, Jezus Christus.
Zo vergelijkt de heilige Johannes van Damascus - de verkondiger bij uitstek van deze overgeleverde waarheid - de lichamelijke tenhemelopneming van de verheven Moeder Gods met haar andere gaven en voorrechten, en hij verklaart met grote welsprekendheid: "Het kon niet anders of zij die bij het baren haar maagdelijkheid ongeschonden had behouden, zou ook na de dood haar lichaam behouden zonder aantasting door het bederf. Zij die haar Schepper als kind in haar schoot had gedragen, moest wel in Gods woontent verblijven. Het kon niet anders of de bruid die door de Vader ten huwelijk was gegeven, zou in het hemelse bruidsvertrek wonen. Zij die haar Zoon aan het kruis had aanschouwd en die in haar hart het zwaard had gevoeld van de pijn waarvoor zij bij het baren gevrijwaard was gebleven, moest wel haar Zoon aanschouwen, Jezus, zittend aan de rechterhand van de Vader. Het kon niet anders of de Moeder van God zou bezitten wat haar Zoon bezat en zou door ieder schepsel vereerd worden als moeder en dienstmaagd van God."
Volgens de heilige Germanus van Constantinopel is het feit dat het lichaam van de Moeder Gods en maagd Maria het bederf niet heeft gekend en naar de hemel is overgebracht, niet alleen in overeenstemming met haar goddelijk moederschap, maar ook met de bijzondere heiligheid van dit maagdelijk lichaam: "Gij verschijnt in schoonheid, zoals er geschreven staat. Uw maagdelijk lichaam is in zijn geheel heilig en zuiver en de woonstede van God, met als gevolg dat het niet meer tot ontbinding en stof kan overgaan. Het is veranderd en als menselijk lichaam overgegaan tot een hoger leven waarin geen bederf heerst. Het is levend en straalt van glorie, het is gaaf, behouden en deelt in het volmaakte leven."
Een andere schrijver uit oude tijden getuigt: "Als glorievolle moeder van Christus, onze God en Verlosser, de schenker van leven en onsterfelijkheid, wordt zij door Hem ten leven gewekt om voor eeuwig onbederfelijk van lichaam te zijn, zoals Hij haar ook uit het graf heeft doen opstaan en bij Zich heeft opgenomen op een wijze die Hij alleen kent."
Al deze argumenten en overwegingen van de heilige Vaders steunen op de heilige Schrift als hun uiteindelijk fundament. Want de heilige Schrift stelt ons de verheven Moeder Gods voor ogen als ten nauwste verbonden met haar goddelijke Zoon Wiens lot zij altijd deelt. Bovenal moet het volgende vermeld worden: reeds vanaf de tweede eeuw wordt de maagd Maria door de heilige Vaders voorgesteld als de nieuwe Eva, die, hoewel aan de nieuwe Adam onderworpen, toch ten nauwste met Hem verbonden is in de strijd tegen de helse vijand. En deze strijd zou, overeenkomstig de voorspelling in het proto-evangelie (vgl. Gen. 3, 15), uitlopen op de volledige overwinning op zonde en dood, die in de geschriften van de Apostel der heidenen altijd samengaan. Daarom geldt: zoals de glorievolle opstanding van Christus een wezenlijk deel en de laatste trofee van deze overwinning was, zo moest de strijd van de heilige Maagd samen met haar Zoon besloten worden met de verheerlijking van haar maagdelijk lichaam. Zo zegt immers dezelfde apostel: "Wanneer dit sterfelijke met onsterfelijkheid is bekleed, zal het woord in vervulling gaan: de dood is verslonden, de zege is behaald" (1 Kor. 15, 54).
Daarom kunnen wij zeggen: de gezegende Moeder van God, op grond van een en hetzelfde voorbeschikkingsplan van alle eeuwigheid op geheimvolle wijze met Jezus Christus verbonden, onbevlekt in haar ontvangenis, volkomen maagd in haar goddelijk moederschap en edelmoedige gezellin van de goddelijke Verlosser Die de volledige overwinning heeft behaald op de zonde en haar gevolgen, de heilige maagd Maria, heeft uiteindelijk, als hoogste bekroning van haar voorrechten, verkregen dat zij gevrijwaard bleef voor het bederf van het graf. Naar het voorbeeld van haar Zoon mocht zij, na de overwinning op de dood, met lichaam en ziel tot de hoogste glorie van de hemel opvaren, om daar als koningin te schitteren aan de rechterhand van haar Zoon, de onsterfelijke Koning der eeuwen.
Uit: de apostolische constitutie Munificentissimus Deus (1950) van paus Pius XII over de tenhemelopneming van Maria.
Hebt u ook foto's of video's gemaakt
van plechtigheden in onze kerk?
Mogen die eventueel gepubliceerd worden?
Mail uw bestanden dan naar:
foto@agneskerk.org.