Pagina's

22 maart 2020

Noveengebed tot Onze Lieve Vrouw ter Nood om bescherming tegen het coronavirus, dag 7

De bis­schop­pen van Haarlem-Amsterdam roepen op om ge­za­men­lijk een noveen te hou­den tot Onze Lieve Vrouw ter Nood vanwege het corona­vi­rus. De noveen begint op maan­dag 16 maart en ein­digt op de dag voor het hoog­feest van Maria Boodschap (25 maart).

Noveengebed in aansluiting op het dagelijkse Rozenkransgebed
O goede Moeder, Onze Lieve Vrouw ter Nood,
wij geloven in uw zorg, in uw medeleven
en uw voor­spraak bij Jezus, uw Zoon.
Daarom komen wij vol ver­trouwen tot u
en wij vragen door u aan de Heer:
Bevrijd ons land van de corona-epidemie,
genees en sterk de zieken en zegen hen die zorg voor hen dragen.
Geef wijs­heid aan onze be­stuur­ders en geef dat wij spoe­dig
weer kunnen samen­ko­men om ons geloof te vieren.
Bevrijd ons van onrust en angst, verlicht ons in pijn en verdriet.
Geef ons hoop waar wij het niet meer zien zitten,
geef ons kracht als wij er niet tegenop kunnen,
geef ons licht waar het donker is.
Maria, bescherm ons en onze dier­ba­ren,
geef ons overgave aan de Wil van de Vader
en leid ons veilig naar Jezus, uw Zoon.
Amen.


(Imprimatur: Haarlem, 14 maart 2020, +Johannes Hendriks)


Overweging op de zevende dag van de noveen (zondag 22 maart)
In 1713 woekert een veepest over het hele land. Er lijkt geen eind aan te komen... een onover­win­nelijke nood. Een aantal boeren neemt zijn toevlucht tot Maria op de ruïnes van de Genade­ka­pel van Maria ter Nood. “Maria, help ons, wij zijn in nood!” Maria strekt haar moe­der­lijke hand uit en zie: een bron van genezend water stroomt uit de put! “Voor God is niets onmoge­lijk.” (Lc. 1, 37)

Lieve moeder Maria, Onze Lieve Vrouw ter Nood, wat een ver­trouwen zien wij in deze een­vou­dige boeren. Vermeerder ons ver­trouwen, want u wilt ons helpen. “Vraagt en u zal gegeven wor­den, zoekt en gij zult vin­den, klopt en er zal wor­den opengedaan.” (Mt. 7, 7) Laat ons, net als de dienaren op de bruiloft te Kana, naar u komen met onze nood. Dan zult u aan uw Zoon zeggen: “Zie, zij hebben geen wijn meer.” (Joh. 2,3)