Gertrudis van Nijvel (626-659) was een dochter van (zalige) Pepijn van Landen, en (heilige) Ida van Nijvel. Haar zuster is de heilige Begga; haar broer is Grimoald.
Gertrudis genoot een zeer godvruchtige opvoeding. Reeds als jong meisje was ze van plan haar maagdelijkheid in dienst van God te stellen. Op een feest bij koning Dagobert vroeg een prins haar ten huwelijk, maar zij weigerde met de woorden: "Ik heb als bruidegom gekozen de Eeuwige Schoonheid die de oorsprong is van de schoonheid van alle schepselen. Hij Die oneindig veel rijkdommen bezit en door de engelen wordt aanbeden."
Op het moment dat haar vader stierf was Gertrudis ongeveer twintig jaar oud. Op aanraden van de heilige bisschop Amandus van Maastricht stichtte haar moeder Ida een dubbelklooster op een landgoed in Nijvel (Belgiƫ): een voor mannen en een voor vrouwen. Ida benoemde haar dochter tot eerste abdis en plaatste zichzelf als eenvoudige zuster onder haar leiding. Gertrudis (ook wel Geertruida genoemd) was een goede abdis. Ze bad veel en bracht dagen vastend door. Ook studeerde ze veel in de Heilige Schrift en liet daartoe boeken uit Rome komen. Overigens leefde zij in de grootste armoede en gaf alles wat ze had aan de armen, weduwen en wezen. Bovendien stelde zij alles in het werk om haar zusters bij te scholen. Zij liet haar zusters onderrichten in bijbelkennis, liturgie en schone kunsten. Op haar kosten werden overal in de buurt nieuwe kapellen, kerken, scholen en gasthuizen gebouwd. Toen ze op 33-jarige leeftijd stierf was ze volkomen uitgeput. Bij de dood van haar moeder, zes jaar eerder, had zij de leiding van het mannenklooster overgedragen aan monniken. Tot haar opvolgster over het vrouwenklooster stelde zij haar nicht Wolftrude aan.
Bij de voorbereiding op haar dood bleef zij streng vasten; ze droeg altijd een stug boetekleed waarin ze ook begraven wilde worden. Een dag voor haar sterven kondigde haar raadsman aan dat ze de volgende dag door de engelen Gods voor Diens troon gebracht zou worden. Stralend van geluk bracht ze de hele nacht biddend en zingend door, en stierf toen.
Een legende vertelt dat de heilige eens tijdens het spinnen in slaap was gevallen, waarna ratten en muizen haar spinrokken in hun hol hadden gesleept. Een andere legende vertelt hoe Gertrudis tijdens het spinnen werd gesard door de duivel in de gedaante van een muis. Niettemin wist de heilige haar geduld te bewaren. In weer een andere legende wordt verhaald hoe de heilige, moe van het spinnen, op zeker ogenblik in slaap was gevallen. De duivel zond daarop ratten en muizen die haar spinrokken in de war maakten. Gertrudis, eenmaal ontwaakt, zou echter deze dieren hebben verjaagd. Dergelijke verhalen kenden reeds aan het begin van de 15e eeuw een wijde verspreiding in West-Europa. Gertrudis werd de beschermster tegen ratten en muizen die het gewas en de oogst schade konden berokkenen, en om dezelfde reden ook patrones van de hoveniers. Een en ander hield ook verband met het begin van de lente, omstreeks haar feestdag op 17 maart: het moment waarop het werk in huis (zoals het spinnen) eindigde en het werk op het veld begon. Het was ook het moment waarop de veldmuizen weer tevoorschijn kwamen, met alle gevolgen van dien voor de bevolking die leefde van de landbouw.
Met bisschop Amandus heeft zij de kerk gesticht te Oeverberg aan de Maas. Zo werd de stad Geertruidenberg naar haar vernoemd: Berg van Geertruid (Mons sanctae Gertrudis).
De Utrechtse Geertekerk is naar haar vernoemd. Na de Reformatie kwam deze kerk in handen van protestanten en verhuisde de Rooms-katholieke Geerteparochie naar een aan Sint Gertrudis gewijde schuilkerk. In 1723 ging deze parochie over naar de oud-katholieke kerk. In 1934 bouwden de rooms-katholieken een Sint-Gertrudiskerk in de Utrechtse Rivierenwijk. Deze is inmiddels gesloten. Enkele attributen uit deze kerk zijn overgebracht naar onze kerk.
Gertrudis is de beschermheilige van de ziekenhuizen; patrones van de armen en weduwen, van herbergiers, pelgrims, reizigers en weggebruikers, van tuin- en veldvruchten. Verder wordt ze aangeroepen tegen muizen- en rattenplagen. Ze wordt afgebeeld als benedictines of abdis met kruis, kelk, muizen of spinnen. Een van de verschillende weerspreuken over de heilige Gertrudis luidt: "Op Sint Geertrui slecht weer, zes weken valt de regen neer".
Rooms-katholieke parochie voor de traditionele Latijnse liturgie in de Sint-Agneskerk te Amsterdam
Pagina's
▼