Latijn
Vigilate, nescitis enim quando dominus domus veniat,
sero, an media nocte, an gallicantu, an mane.
Vigilate ergo, ne cum venerit repente, inveniat vos dormientes.
Quod autem dico vobis, omnibus dico: vigilate.
Nederlands (Mc. 13, 35-37)
Waakt dus, want gij weet niet, wanneer de heer des huizes komt:
's avonds laat of te middernacht, bij het hanengekraai of 's morgens vroeg.
Hij komt onverwacht; moge hij u niet slapend vinden.
Wat Ik ú zeg, dat zeg Ik aan allen: Waakt!