Gekomen is uw lieve mei, Maria!
En op het veld de bloemensprei, Maria!
Bloemen, die wij plukken gaan,
nu zij rijk te bloeien staan.
Ave, ave Maria!
Voor u, de vrouwe van de mei, Maria!
Wij knielen 's avonds voor uw beeld, Maria!
U wijden wij ons onverdeeld, Maria!
Met de bloemen en de zang
en wij bidden, zingen lang:
Ave, ave Maria!
Tot gij uw gunsten aan ons deelt, Maria!
Zo helder schijnt het witte licht, Maria!
Der kaarsen op uw lief gezicht, Maria!
Goedig ziet gij op ons neer,
als een moeder, goed en teer.
Ave, ave Maria!
Uw ogen steeds op ons gericht, Maria!