Sint Raphaël, uw tijding bracht
de herders in de winternacht
het mooiste dat een mens kan horen:
Dat Jezus heden is geboren.
Ach engel, zing mij ’t zelfde woord
als ooit de duivel mij bekoort.
Gabriël Smit
In het bijbelboek Tobit wordt verhaald hoe de aartsengel Raphaël de jonge Tobias begeleidt op zijn weg van Nineve naar Ekbatana. Hij helpt hem bij het vangen van een gevaarlijke vis. Daarnaast bevrijdt hij het meisje Sara van een boze geest. Telkens wanneer zij de huwelijksnacht met een bruidegom doorbracht, bleek deze de volgende ochtend te zijn overleden; dat was haar al zes keer overkomen. Maar Tobias, de zevende bruidegom, bleef door Raphaëls voorzorgen in leven. Uiteindelijk wist de jonge Tobias op aanwijzing van zijn reisgezel Raphaël zijn oude vader Tobit van diens blindheid te genezen met de gal van een gevangen vis. Ongetwijfeld een toespeling op de betekenis van zijn naam: Raphaël = 'God geneest'.
Aan het eind van het verhaal maakt Tobias' reisgezel zich bekend als Raphaël, een van de zeven engelen die voor de heerlijkheid Gods staan. Daar dragen zij de gebeden van de heiligen op tot voor Gods troon.
Paus Benedictus XV stelde zijn feest op 24 oktober. Hij is patroonheilige van artsen, apothekers, verplegend personeel en zieken; van gehuwden (vanwege zijn rol bij de bruid Sara in het boek Tobit); op grond van datzelfde verhaal is hij ook patroon van alle mensen die op reis of onderweg zijn: daar behoren ook toe schippers, pelgrims, emigranten, vakantiegangers, dagjesmensen en spoorwegpersoneel; van mijnwerkers, bergbewoners en dakdekkers; van arme zielen (die hij begeleidt tot voor Gods troon). Hij wordt aangeroepen tegen oogziekten en tegen de pest.
Door zijn rol in het verhaal van de jonge Tobias werd hij ook patroon van opvoeders en ieder die jonge mensen begeleidt op hun weg naar volwassenheid.