9 maart 2025

O Hoofd vol bloed en wonden (Bach)

O Hoofd, vol bloed en wonden,
met smaad gedekt en hoon,
o god'lijk Hoofd omwonden
met scherpe doornenkroon!
O Gij, Die and're kronen
en glorie waardig zijt:
Ik wil mijn hart U tonen,
dat met U medelijdt.

O Hoofd, vol bloed en wonden,
o Gods onschuldig Lam,
Dat voor der mensen zonden
de schulden op Zich nam!
Wat zal ik U dan geven
voor zoveel smaad en smart?
Heer, neem mijn korte leven,
Heer, neem mijn schamel hart!

En als ik eens moet strijden,
mijn allerlaatsten strijd,
wil ik nog eens belijden
dat Gij mijn Heiland zijt.
O Hoofd, vol bloed en wonden,
o Hoofd, vol smart en smaad!
Wees in die laatste stonden
mijn hoogste toeverlaat.

Eerste zondag van de vasten

Christus (midden) stuurt de duivel (rechts) weg.

Epistel
2 Kor. 6, 1-10
Broeders, wij vermanen u te zorgen, dat gij Gods genade niet ontvangt zonder vrucht. Want er staat geschreven: "Op de tijd, die Mij behaagt, ga Ik u verhoren, en op de dag des heils, kom Ik u helpen." Zie, thans is het de tijd, die Hem behaagt, nu is het de dag van het heil. En aan niemand geven wij ook maar de minste aanstoot, opdat er geen smet geworpen worde op ons ambt; maar wij willen ons in alles tonen als dienaren van God, door veel geduld, in wederwaardigheden en noden en moeilijkheden, in geselslagen en gevangenschap en volksoploop, in zwoegen en waken en vasten; door reinheid en kennis - door lankmoedigheid en goedheid; door de Heilige Geest, door ongeveinsde liefde, door prediking van waarheid en door kracht van God; met de wapenen der gerechtigheid in rechter- en linkerhand; onder eer en smaad, - onder kwade of goede naam; als bedriegers, en toch waarachtig, - als onbekend, en toch welbekend; als bijna dood, en zie, wij leven; als geslagen en toch niet gedood; als bedroefde mensen, maar toch altijd blij; als arm, en toch maken wij velen rijk; als mensen, die niets hebben, en toch alles bezitten.

Evangelie
Mt. 4, 1-11
In die tijd werd Jezus door de Geest naar de woestijn gevoerd, om door de duivel bekoord te worden. En na veertig dagen en veertig nachten gevast te hebben, gevoelde Hij tenslotte honger. Toen kwam de bekoorder tot Hem en zei: Als Gij de Zoon van God zijt, zeg dan, dat deze stenen brood worden. Doch Hij gaf ten antwoord: Er staat geschreven: "De mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord, dat voortkomt uit de mond van God!" Toen nam de duivel Hem mee naar de heilige stad, en plaatste Hem boven op de tinne van de tempel, en sprak tot Hem: Als Gij de Zoon van God zijt, werp U dan naar beneden; er staat immers geschreven: "Hij heeft over U bevelen gegeven aan Zijn engelen; en zij zullen U op de handen dragen, opdat Gij Uw voet niet zoudt stoten aan een steen." Maar Jezus zei tot hem: Oók staat er geschreven: "Gij zult de Heer, uw God, niet op de proef stellen!" Nogmaals nam de duivel Hem mee, naar een zeer hoge berg, en toonde Hem alle koninkrijken der wereld met hun heerlijkheid, en zei tot Hem: Dit alles zal ik U geven, als Gij neervalt en mij aanbidt. Toen sprak Jezus tot hem: Ga weg, Satan! Want er staat geschreven: "De Heer, uw God, zult gij aanbidden en Hem alleen dienen!" Toen ging de duivel van Hem weg, en er kwamen engelen, die Hem dienden.

Overweging
Aan het begin van Zijn openbare leven bracht Jezus veertig dagen door in de woestijn. Daar werd Hij bekoord door de duivel. Het nadenken over de bekoringen van Jezus in de woestijn is voor ons een uitnodiging om te antwoorden op een fundamentele vraag: wat is nu echt belangrijk in mijn leven? In de eerste bekoring doet de duivel aan Jezus het aanbod een steen in brood te veranderen om Zijn honger te stillen. Jezus antwoordt dat de mens van brood leeft, maar niet alleen van brood: Zonder een antwoord op de honger naar waarheid, de honger naar God, kan de mens niet gered worden.

In de tweede bekoring voert de duivel Jezus omhoog en biedt Hem de heerschappij over de wereld aan. Maar dat is niet de weg van God: Jezus is Zich volkomen bewust dat het niet de wereldse macht is die de wereld zal redden, maar de macht van het kruis, van de deemoed, van de liefde.

In de derde bekoring suggereert de duivel dat Jezus Zich van de bovenbouw van een tempelpoort naar beneden zou werpen, om dan door God gered te worden; dat wil zeggen, doe iets sensationeels om God Zelf op de proef te stellen; maar het antwoord is dat God geen object is om onze voorwaarden aan op te leggen: Hij is de Heer van het al.

Wat is nu de kern van de drie bekoringen waaraan Jezus werd blootgesteld? Het is het voorstel om God te instrumentaliseren, Hem te gebruiken voor de eigen interesses, de eigen glorie en het eigen succes. In wezen gaat het om zichzelf te stellen op de plaats van God, om Hem verwijderen uit Zijn Eigen bestaan en Hem daardoor overbodig te laten lijken. Iedereen dient zich dus af te vragen: welke plaats heeft God in mijn leven? En is Hij de Heer of ben ik dat?

Overwin de bekoring God te willen onderwerpen aan de eigen interesses en bekeer u tot de juiste orde door God de eerste plaats te geven; het is een weg die iedere christen steeds opnieuw dient te gaan. De uitnodiging tot bekering betekent: Jezus volgen en wel zo dat ons leven concreet wordt geleid door Zijn Evangelie; het betekent ons door God te laten veranderen; het betekent onszelf niet meer te zien als enige bouwer van het eigen bestaan; het betekent het feit te erkennen dat wij van God en van Zijn liefde afhankelijke schepsels zijn en dat wij alleen ons leven kunnen winnen door het in Hem te verliezen.

Dit vraagt om keuzen in het licht van het Woord van God. Vandaag de dag kan men niet langer christen zijn door deel uit te maken van een maatschappij die christelijke wortels heeft: Ook wie in een christelijk gezin is geboren en religieus werd opgevoed, dient de beslissing om christen te zijn dag na dag te hernieuwen. Dat betekent aan God de eerste plaats geven, ondanks alle bekoringen die gesuggereerd worden door een geseculariseerde cultuur, door de kritiek van veel tijdgenoten.

In feite staat de christen in de huidige maatschappij bloot aan vele beproevingen, die het persoonlijke en sociale leven raken. Het is niet gemakkelijk trouw te zijn aan het christelijk huwelijk; de barmhartigheid te praktiseren in het dagelijkse leven; ruimte te maken voor gebed en innerlijke stilte. Het is niet gemakkelijk openlijk keuzes af te wijzen, die velen voor lief nemen, zoals abortus bij ongewenste zwangerschap, euthanasie bij zware ziekte, of selectie van embryo's ter voorkoming van erfelijke ziektes. De bekoring het eigen geloof opzij te zetten is steeds aanwezig en bekering wordt dan een antwoord van het ik op God, dat in iemands leven verschillende keren bevestigd moet worden.

In deze Vastentijd hernieuwen wij onze verbondenheid met de weg van bekering. We kunnen zeggen dat de keuze tussen het opsluiten in ons egoïsme en het geopend zijn voor de liefde tot God, overeenkomt met de keuze waarvoor Jezus Zich gesteld ziet: de keuze tussen de menselijke macht en de liefde van het kruis; tussen een uitsluitend in het materiële welzijn geziene verlossing en een verlossing die volbracht wordt door het werk van God, aan Wie wij het primaat geven in ons bestaan. Zich bekeren betekent ervoor zorgen dat elke dag de waarheid, het geloof in God en de goddelijke liefde het belangrijkste zijn.

Paus Benedictus XVI (†)
tijdens de algemene audiëntie op Aswoensdag 13 februari 2013

8 maart 2025

Nieuwe biechtspiegel verschenen

Er is een nieuwe Nederlandstalige praktische biechtspiegel voor volwassenen verschenen. Deze biechtspiegel is een uitstekende hulp om u voor te bereiden op een goede biecht. Deze bevat zowel de geestelijke voorbereiding met gebeden als de praktische uitleg van de geboden Gods, de geboden van de Kerk, en de hoofdzonden.

In het gewetensonderzoek onderzoeken wij zorgvuldig onszelf en ons leven ten overstaan van God, maar zonder angstvalligheid. Met kinderlijk vertrouwen herinneren wij ons Zijn goddelijke aanwezigheid en plaatsen wij ons heel bewust in Zijn licht.

De biechtspiegel dient ter ondersteuning van het geheugen en is een uitstekend middel dat het geweten helpt vormen. Het zou echter een misverstand zijn hem te beschouwen als een volledige lijst van zonden en van alle persoonlijke plichten van een christen in de wereld. Hij kan geenszins een goede catechese over de biecht vervangen.

De biechtspiegel is verkrijgbaar achter in de kerk. Een vrijwillige bijdrage wordt op prijs gesteld.

7 maart 2025

Maart - Sint-Jozefmaand: Gebeden tot de heilige Jozef

Gebed tot de heilige Jozef
Tot u, heilige Jozef, nemen wij onze toevlucht in onze nood en, na de hulp van uw allerheiligste Bruid te hebben ingeroepen, smeken wij met vertrouwen ook uw bescherming af. Wij bidden u ootmoedig: zie goed-gunstig neer op het erfdeel dat Jezus Christus door Zijn Bloed heeft verworven, en help ons in onze noden door uw machtige bijstand. Dat vragen wij omwille van de liefde, die u heeft verbonden met de Onbevlekte Maagd en Moeder van God en omwille van de vaderlijke tederheid, waarmede gij het kind Jezus hebt omhelsd. Zorgzame bewaarder van het heilige Huisgezin, bescherm de uitverkoren kinderen van Jezus Christus. Liefderijke vader, verwijder van ons alle besmetting van dwaling en zedenbederf. Machtige beschermer, sta ons vanuit de hemel genadig bij in de strijd tegen de machten van de duisternis. En zoals gij weleer het kind Jezus uit het grootste levensgevaar hebt gered, zo verdedig nu ook de heilige Kerk van God tegen vijandelijke aanslagen en alle tegenwerking. Neem ieder van ons in uw blijvende bescherming, opdat wij naar uw voorbeeld en gesteund door uw hulp heilig leven, zalig sterven en het eeuwig geluk in de hemel verkrijgen. Amen.

Litanie tot de heilige Jozef
Heer, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons, Christus, aanhoor ons. Christus, verhoor ons.
God, hemelse Vader, ontferm U over ons.
God, Zoon, Verlosser van de wereld,
God, Heilige Geest,
Heilige Drievuldigheid, één God,
Heilige Maria, bid voor ons.
Heilige Jozef,
Roemrijke afstammeling van David,
Licht van de aartsvaders,
Bruidegom van de Moeder Gods,
Kuise bewaarder van de Maagd,
Voedstervader van de Zoon van God,
Zorgvolle verdediger van Christus,
Hoofd van het heilig Huisgezin,
Zeer rechtvaardige Jozef,
Zeer kuise Jozef,
Zeer voorzichtige Jozef,
Zeer sterke Jozef,
Zeer gehoorzame Jozef,
Zeer getrouwe Jozef,
Spiegel van geduld,
Beminnaar van de armoede,
Voorbeeld van de werklieden,
Luister van het huiselijk leven,
Beschermer van de maagden,
Steun van de huisgezinnen,
Troost van de ongelukkigen,
Hoop van de zieken,
Patroon van de stervenden,
Schrik van de duivels,
Beschermer van de heilige Kerk,

Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, spaar ons, Heer.
Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, verhoor ons, Heer.
Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, ontferm U over ons.

Hij heeft hem aangesteld tot heer over Zijn huis. En tot beheerder van al Zijn bezittingen.

Laat ons bidden. God, die U in Uw onuitsprekelijke voorzienigheid hebt gewaardigd de heilige Jozef tot bruidegom van Uw allerheiligste Moeder te verkiezen; verleen, vragen wij, dat wij hem, die wij op aarde vereren als onze beschermer, tot voorspreker mogen hebben in de hemel. Gij, Die leeft en heerst in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Gebed tot de gekruisigde Jezus

Aan gelovigen die op vrijdagen in de Vasten na de communie dit gebed bidden voor een afbeelding van de gekruisigde Christus wordt - onder de gebruikelijke voorwaarden van biecht, heilige communie en gebeden voor de intenties van de Paus - een volle aflaat verleend. Op andere dagen van het jaar kan men een gedeeltelijke aflaat verkrijgen.


Latijn
En ego, o bone et dulcissime Iesu, ante conspectum tuum genibus me provolvo, ac maximo animi ardore te oro atque obtestor, ut meum in cor vividos fidei, spei et caritatis sensus, atque veram peccatorum meorum paenitentiam, eaque emendandi firmissimam voluntatem velis imprimere; dum magno animi affectu et dolore tua quinque vulnera mecum ipse considero ac mente contemplor, illud prae oculis habens, quod iam in ore ponebat tuo David propheta de te, o bone Iesu: Foderunt manus meas et pedes meos: dinumeraverunt omnia ossa mea. Amen.


Nederlands
O goede en allerzoetste Jezus, zie ik werp mij in Uw tegenwoordigheid op de knieën en ik bid en smeek U met al de vurigheid van mijn ziel dat Gij U gewaardigt in mijn hart te drukken levendige gevoelens van geloof, hoop en liefde, een oprecht berouw over mijn zonden en de vaste wil mij te beteren, terwijl ik in mijzelf met grote aandoening en droefheid Uw vijf Wonden overweeg en in de geest beschouw, voor ogen hebbende hetgeen de profeet David U reeds deed voorzeggen van Uzelf, o goede Jezus: Zij hebben Mijn handen en Mijn voeten doorboord, zij hebben al Mijn beenderen geteld.

Onze Vader...

Wees gegroet...

Eer aan de...

6 maart 2025

Kruiswegoefening op vrijdag

Wij aanbidden U, Christus, en loven U,
omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld hebt verlost.


Morgen - en op alle vrijdagen in de vasten - wordt rond 11.45 uur (aansluitend op de heilige Mis) in onze kerk de kruisweg gebeden.
Daarna is er een korte kruisverering.

Vastenactie 2025

Dit jaar willen we met onze vastenactie de prolife-activiteiten in Nederland ondersteunen. Ongetwijfeld hebt u via de media vernomen dat het aantal abortussen in ons land de laatste jaren explosief is gestegen (2022: 35.606; 2023: 39.332). Inmiddels wordt bijna 11% van de zwangerschappen provocatief beëindigd! Circa 5.000 abortussen vinden plaats tussen 13 en 24 weken zwangerschap, waarbij het ongeboren kind zich steeds meer – tot in de kleinste details – heeft ontwikkeld. (Vele zwangerschappen worden al beëindigd door het gebruik van door de Kerk verboden voorbehoedmiddelen. 'Behoed': Wie? Waartegen?)

De Kerk leert dat abortus een intrinsiek kwaad is en een misdaad tegen het menselijk leven, de menselijke waardigheid en vrijheid, omdat het moord (directe opzettelijke doodslag) is op een menselijk wezen, zelfs al is het een ongeboren persoon. Die persoon heeft vanaf de conceptie een ziel van God gekregen en verdient daarom bescherming.

Aan deze vastenactie – die gaat over leven en dood – kunt u bijdragen door uw actie en gebed en/of door uw vastenoffer over te maken op bankrekening

NL48 ABNA 0589 9700 89

ten name van Parochie H. Jozef onder vermelding van 'vastenoffer 2025'.

Op Aswoensdag begon de 40-Days-for-Life-gebedsactie voor het ongeboren leven. Uw deelname is van cruciaal belang! Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen met Maru Broekroelofs via telefoonnummer 06-20653425 of per e-mail: 40daysheemstede@gmail.com.

5 maart 2025

Deelgenoten aan Zijn vasten

Jezus heeft er velen die
Zijn hemels rijk liefhebben,
maar weinigen die
Zijn kruis dragen.

Hij heeft er velen die
verlangend zijn naar troost,
maar weinigen die
de beproeving wensen.

Hij vindt er heel wat die
Zijn tafel delen,
maar weinig
deelgenoten aan Zijn vasten.

Thomas a Kempis

Laudes Divinae


De uitstelling van het Allerheiligste Sacrament wordt afgesloten met een aantal lofprijzingen aan God, Jezus Christus, de Heilige Geest, H.H. Maria en Jozef, alle engelen en heiligen. Deze aanroepingen werden oorspronkelijk geschreven door de Italiaanse jezuIet Luigi Felici in 1797 uit eerherstel tegen allerlei vormen van blasfemie en heiligschennis. Sindsdien is de tekst aangevuld en uitgebreid door verschillende pausen tot het onderstaande:

Benedictus Deus.
Benedictum Nomen Sanctum eius.
Benedictus Iesus Christus, verus Deus et verus homo.
Benedictum Nomen Iesu.
Benedictum Cor eius sacratissimum.
Benedictus Sanguis eius pretiosissimus.
Benedictus Iesus in sanctissimo altaris Sacramento.
Benedictus Sanctus Spiritus, Paraclitus.
Benedicta excelsa Mater Dei, Maria sanctissima.
Benedicta sancta eius et immaculata Conceptio.
Benedicta eius gloriosa Assumptio.
Benedictum nomen Mariae, Virginis et Matris.
Benedictus sanctus Ioseph, eius castissimus Sponsus.
Benedictus Deus in Angelis suis, et in Sanctis suis.
Amen.

Gezegend zij God.
Gezegend zij Zijn heilige Naam.
Gezegend zij Jezus Christus, waarachtig God en waarachtig mens.
Gezegend zij de Naam van Jezus.
Gezegend zij Zijn heilig Hart.
Gezegend zij Zijn kostbaar Bloed.
Gezegend zij Jezus Christus in het allerheiligste Sacrament des Altaars.
Gezegend zij de Heilige Geest, de Vertrooster.
Gezegend zij de verheven Moeder Gods, de heilige maagd Maria.
Gezegend zij haar heilige en onbevlekte ontvangenis.
Gezegend zij haar glorierijke tenhemelopneming.
Gezegend zij de naam van Maria, maagd en moeder.
Gezegend zij haar allerheiligste rozenkrans.
Gezegend zij de heilige Jozef, haar zuivere bruidegom.
Gezegend zij God in Zijn engelen en in Zijn heiligen.
Amen.

H. Moeder Teresa over aanbidding van het Jezus in het Allerheiligste Sacrament

"De tijd die je met Jezus in het Allerheiligste Sacrament doorbrengt
is de beste tijd die je op aarde zult doorbrengen.
Elk moment dat je met Jezus doorbrengt, zal je eenheid met Hem verdiepen
en je ziel voor eeuwig glorieuzer en mooier maken in de hemel,
en zal helpen om eeuwige vrede op aarde te bewerkstelligen."


H. Moeder Teresa

Litanie van eerherstel

Heer, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons. Christus, aanhoor ons.
Christus, verhoor ons.
God, hemelse Vader, ontferm U over ons.
God, Zoon, Verlosser van de wereld, ontferm U over ons.
God, Heilige Geest, ontferm U over ons.
Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U over ons.

Jezus liefde, al te vaak miskend en beledigd, geef dat wij U beminnen.
Jezus, goddelijk Kind, verlaten en vervolgd,
Jezus, bij Uw prediking door priesters en farizeeën gedwarsboomd en tegengesproken,
Jezus, Wiens Hart pijnlijker werd doorboord door onze ondank dan door de lans van de honderdman,
Jezus, liefde altijd levend en altijd nieuw in de heilige Eucharistie,
Jezus, treurend, omdat Uw bloed voor velen tevergeefs vergoten is,
Jezus, bedroefd om onze lauwheid,
Jezus, bijna als vreemde behandeld door hen, die Gij zo vaak bezoekt,
Jezus, steeds kloppend aan de deur van ons hart,
Jezus, Die in onze harten wil wonen,
Jezus, Die onze liefde vraagt tot vergoeding van alle ondankbaarheid,
Jezus, Die trouwe harten zoekt,
Jezus, Die medelijdende harten vraagt,
Jezus, Wiens goddelijk Hart één vlam van barmhartige liefde is,
Jezus, door ons berouw verblijd,

Van de ondankbaarheid, verlos ons, Heer.
Voor de lauwheid, behoed ons, Heer.
Met Uw goddelijke liefde, vervul ons, Heer.

Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, aanvaard ons hart als offer van eerherstel.
Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, maak ons edelmoedig.
Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt, geef, dat wij U ons hart schenken.

Laat ons bidden.
Heer Jezus, Die ondanks onze zwakheid en onwaardigheid U gewaardigd hebt ons te openbaren, dat Gij van ons eerherstel verlangt voor de beledigingen, U door Uw meestbevoorrechten aangedaan, maak, dat wij in trouwe toewijding en ruim van hart ons aan dat eerherstel wijden.
Moge het zien van Uw lijden ons met heilige ijver bezielen; mogen wijzelf U liefhebben, en al onze krachten inspannen om Uw liefde te verbreiden. Dit vragen wij U bij de verdiensten van het kostbaar Bloed, dat Gij uit al Uw wonden en uit Uw goddelijk Hart hebt vergoten. Amen.


4 maart 2025

Pastoor van Ars over het Allerheiligste Sacrament







Niets is groter dan het Allerheiligste Sacrament.

Als God iets kostbaarders had gehad, dan zou Hij het ons gegeven hebben.

H. Johannes Maria Vianney (pastoor van Ars)

Eerbied voor het Allerheiligste Sacrament

Heer Jezus Christus, in dit wonderbaar sacrament hebt Gij ons de gedachtenis nagelaten
van Uw lijden en sterven. Wij bidden U: laat ons de heilige geheimen van Uw Lichaam en Bloed
met zo grote eerbied vieren dat wij de genade van Uw verlossing voortdurend in ons ervaren.

Op Sacramentsdag in 2012 sprak paus Benedictus XVI z.g. als volgt:

"Tijdens het Laatste Avondmaal, heeft Jezus het sacrament van Zijn Lichaam en Bloed ingesteld, de gedachtenis van Zijn Paasoffer. Zo heeft Hij Zichzelf in de plaats van de oude offers gesteld, doch Hij deed dit in een ritueel, dat Hij Zijn apostelen bevolen heeft voort te zetten als het hoogste teken van het echte Sacrale, dat Hijzelf is.

De aanbidding is een daad van geloof en gebed tot de Heer Jezus, Die werkelijk aanwezig is in het Altaarsacrament. De band met Jezus’ Eucharistie ontstaat niet alleen in de heilige Mis, ook de overige essentiële tijd en ruimte moet vervuld zijn van Zijn aanwezigheid. Jezus’ blijvende aanwezigheid onder ons en met ons is een concrete, nabije aanwezigheid te midden van onze huizen; Hij is het Kloppende Hart van de stad, van het land, het grondgebied en zijn verschillende expressies en activiteiten. Het Sacrament van Christus’ liefde moet heel het dagelijks leven doordringen."

Devotie tot het Heilig Hart van Jezus: Waarom moeten wij eerherstel brengen aan Christus?

Hoe zouden onze oefeningen van ereboete Christus kunnen troosten, Die reeds verheerlijkt heerst in de hemelen? Wij antwoorden hierop met de toepasselijke woorden van Sint Augustinus: "Geef mij iemand, die bemint, en hij begrijpt wat ik bedoel".

Want ieder, die God oprecht liefheeft, ziet bij het overwegen van het verleden de Christus lijdend voor ons mensen, gekweld, bedroefd, het ontzettendste verdurend, "om ons mensen en voor ons heil" bijna bezwijkend onder droefheid, benauwdheden en versmadingen, ja, "vermorzeld om onze misdaden" (Jes. 53, 5) en ons genezend door Zijn wonden. En dit alles overwegen de vrome zielen des te meer naar waarheid, omdat de zonden en wandaden der mensen, op welke tijd ook bedreven, de oorzaak waren, waarom de Zoon Gods ter dood werd overgeleverd; ook thans zouden deze uiteraard Christus de dood aandoen met dezelfde smart en droefenis. Elke zonde immers wordt geacht op haar wijze het lijden des Heren te hernieuwen, "daar zij, zover het hen betreft, de Zoon van God kruisigen en bespotten" (Hebr. 6, 6).

Als dus de ziel van Christus ook om onze zonden, die nog in de toekomst lagen en die Hij voorzag, bedroefd is geworden tot de dood, dan lijdt het geen twijfel, of Hij heeft ook toen reeds geen geringe troost ondervonden uit ons eerherstel, eveneens door Hem voorzien, toen "een engel uit de hemel, Hem verscheen" (Lc. 22, 43) om Zijn door verdriet en benauwdheden terneergeslagen Hart te versterken.

En zo doende kunnen en moeten wij het Heilig Hart, dat door de zonden der ondankbare mensen zonder ophouden wordt gewond, ook nu nog op een wel wondere maar toch waarachtige wijze vertroosten, vooral daar Christus Zelf (zoals de liturgie ons doet lezen) bij monde van de psalmist Zich beklaagt van Zijn vrienden verlaten te zijn: "Gij weet hoe de smart Mij het Hart heeft gebroken. Ik hoopte op medegevoel; dit bleef achterwege; op troosters, doch ook hen vond Ik niet" (Ps. 68, 21).

Uit: De encycliek 'Miserentissimus Redemptor', over het eerherstel aan het Heilig Hart van Jezus - Paus Pius XI - 8 mei 1928

Litanie tot eerherstel aan het Allerheiligste Sacrament

Heer, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons. Christus, aanhoor ons. Christus, verhoor ons.
God, hemelse Vader, ontferm U over ons.
God, Zoon, Verlosser van de wereld, ontferm U over ons.
God, Heilige Geest, ontferm U over ons.
Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U over ons.
Heilig Sacrament, waarin Jezus Zelf tegenwoordig is, wij aanbidden U.
Heilig Sacrament, waardoor Jezus alle schatten van Zijn liefde meedeelt,
Heilig Sacrament, zoenoffer voor onze zonden,
Heilig Sacrament, onderpand van onze zaligheid,
Heilig Sacrament, wondervol gedenkteken van Jezus' liefde,
Heilig Sacrament, onze troost en onze sterkte,
Heilig Sacrament, aanbiddelijk geheim,
Heilig Sacrament, zo schaamteloos geloochend,
Heilig Sacrament, zo schandelijk verguisd,
Heilig Sacrament, zo diep vernederd,
Heilig Sacrament, zo dikwijls onteerd,
Heilig Sacrament, zo smartelijk bejegend,
Heilig Sacrament, zo gruwelijk ontheiligd,
Heilig Sacrament, zo ondankbaar versmaad,

O God, wees ons genadig, spaar ons, Heer.
O God, wees ons genadig, verhoor ons, Heer.

Voor de ontering van een zo heilig Sacrament, vergeving, Heer.
Voor zoveel slechte communies,
Voor zoveel oneerbiedigheden in de kerk,
Voor de ontheiliging van Uw tabernakelen,
Voor de gruwelijke heiligschennissen, aan de heilige Hostie gepleegd,
Voor het ongeloof van de dwalenden,
Voor de koelheid en onverschilligheid van zovelen,
Voor de vergetelheid, waarin men U laat,
Voor de smaad, waarmee men U bejegent,
Voor de verstrooidheid onder de heilige diensten,
Voor de weinige Godsvrucht jegens Uw heilig Sacrament,
Voor de nalatigheid in het bijwonen van de heilige Mis,
Voor hen, die hun paasplicht verzuimen,
Voor de vervolgers van de heilige Kerk,
Voor alles waar we zelf tekort zijn geschoten in eerbied, liefde en dankbaarheid ten opzichte van Uw goddelijk Sacrament,

Wij zondaars, wij bidden U, verhoor ons.
Dat het U behage, in ons het geloof en de eerbied voor dit Sacrament te vermeerderen,
Dat onze liefde tot U de haat van Uw vijanden altijd moge overtreffen,
Dat Gij onze akten van eerherstel gelieve te aanvaarden,
Dat Uw kostbaar Bloed niet om wraak, doch om genade en vergeving smeke,
Dat door de verdiensten van Uw heilig Hart alle rampen van ons mogen worden afgeweerd,
Dat Gij in ons altijd de ijver wilt verlevendigen en zegenen om de verering van Uw liefde-Sacrament meer en meer uit te breiden,
Dat het U behage, de vijanden van de Kerk te bekeren,
Dat Gij Zijne Heiligheid de Paus onder Uw bescherming wilt nemen,
Zoon van God,

Lam Gods, Dat de zonden van de wereld wegneemt, spaar ons, Heer.
Lam Gods, Dat de zonden van de wereld wegneemt, verhoor ons, Heer.
Lam Gods, Dat de zonden van de wereld wegneemt, ontferm U over ons.
Christus, aanhoor ons, Christus, verhoor ons.

Onze Vader, Die in de hemel zijt...

Sla, o Heer, onze droefheid gade, en geef de luister terug aan Uw Naam.
Heer, verhoor mijn gebed, en mijn noodkreet kome tot U.

Laat ons bidden.
Liefderijke Jezus, Die in Uw oneindige liefde tot ons, liever de versmadingen van de zondaars hebt willen ondergaan, dan ons het goddelijk Sacrament onthouden; geef ons, bidden wij U, de genade, dat wij al de verguizingen en heiligschennissen, die U zijn aangedaan, met ware droefheid des harten bewenen, met heilige ijver vergoeden en met vurige verering herstellen; Die als God leeft en heerst met de Vader en de Heilige Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

3 maart 2025

De zeven boetepsalmen

De bozen waarover de psalmdichter spreekt, zijn voor de christen de vijanden van God en van zijn eigen zaligheid, namelijk de duivel, de wereld en het vlees. Sion en Jeruzalem zijn voor hem steeds het beeld van de Kerk respectievelijk de hemelse heerlijkheid.

Antifoon
Wees niet indachtig, Heer, wat wij of onze ouders hebben misdaan; en neem geen wraak over onze zonden.

Psalm 6: Domine, ne in furore tuo arguas me
Heer, straf mij niet in Uw toorn, en tuchtig mij niet in Uw gramschap. Ontferm U over mij, Heer, want ik ben ziek; genees mij, Heer, want mijn beenderen zijn geschokt. Mijn ziel is hevig ontsteld; o Heer, hoe lang talmt Gij nog? Keer U tot mij, Heer, en red mijn ziel; help mij om wille van Uw ontferming. Want in de dood is niemand U indachtig; wie prijst U in het dodenrijk? Ik ben moe van mijn zuchten, nacht aan nacht besproei ik mijn sponde, baad ik mijn leger in tranen. Mijn oog is dof van verdriet, ik ben verouderd te midden van al die mij haten. Gaat weg van mij, booswichten, allen, want God heeft mijn schreien verhoord. Verhoord heeft God mijn klagen, God heeft mijn gebed aanvaard. Al mijn vijanden zullen beschaamd worden en hevig ontstellen, in haast en vol schaamte zullen zij vluchten.
Eer aan de Vader...

Psalm 31: Beati quorum remissae sunt iniquitates
Gelukkig zij, wier schulden zijn vergeven en wier zonden zijn bedekt. Gelukkig de mens, aan wie de Heer zijn zonde niet toerekent en wiens geest vrij is van bedrog. Omdat ik haar verzweeg, is mijn gebeente verkwijnd, bij mijn luid geweeklaag heel de dag. Want bij dag en bij nacht drukte zwaar op mij Uw hand; mijn kracht is vergaan als in zomerse hitte. Mijn zonde heb ik U bekend gemaakt en U mijn ongerechtigheid niet langer verzwegen; Ik zei: ‘Mijn boosheid zal ik belijden aan de Heer’; en Gij hebt de schuld van mijn zonde vergeven. Daarom bid iedere vrome tot U, zolang hem de tijd is gelaten. En waarlijk, als het geweld der wateren zich uitstort, zal dit hem niet bereiken. Gij zijt mijn toevlucht in de kwelling die mij omgeeft; Gij, mijn vreugde, verlos mij van wie mij omringen. ‘Ik leer en onderwijs u aangaande de weg die gij moet gaan; Ik houd mijn ogen op u gevestigd.’ Wordt niet als een paard of muildier zonder verstand; Men moet hen breidelen met toom en gebit; anders zijn zij u niet gehoorzaam. Talrijk zijn de kwellingen van de zondaar; maar wie op de Heer vertrouwt, wordt omgeven met genade. Verblijdt u in de Heer en jubelt, gij rechtvaardigen, en juicht, gij allen die oprecht zijt van hart.
Eer aan de Vader...

Psalm 37: Domine, ne in furore tuo arguas me
Heer, straf mij niet in Uw toorn, en tuchtig mij niet in Uw gramschap. Want Uw pijlen hebben mij getroffen, en zwaar drukt Uw hand op mij. Geen gezonde plek is in mijn vlees wegens Uw toorn, geen rust in mijn gebeente om wille van mijn zonden. Want mijn ongerechtigheden zijn mij boven het hoofd gestegen en als een zware last drukken zij mij neer. Mijn wonden zijn vervuild en ontstoken wegens mijn verdwazing. Ik ben ellendig en terneergedrukt bovenmate, de gehele dag ga ik in droefheid rond. Want mijn lendenen zijn geheel en al ontstoken, en geen gezondheid is er in mijn vlees. Bedroefd ben ik en vernederd uitermate, ik snik het uit bij het kermen van mijn hart. Heer, al mijn verlangen ligt voor U open, en mijn zuchten is U niet verborgen. Mijn hart is ontsteld, mijn kracht heeft mij begeven; en het licht van mijn ogen, zelfs dat moet ik derven. Mijn vrienden en verwanten keren zich ver van mijn plagen, En mijn genoten staan van verre; wie mij naar het leven staan, plegen geweld. Wie mijn onheil begeren, spreken leugentaal en zinnen geheel de dag op bedrog. Maar ik ben als een dove die niet hoort, en als een stomme die zijn mond niet opent; Ik ben geworden als een mens die niet luistert en wiens mond zich niet verweert. Maar op U, Heer, stel ik mijn vertrouwen; Gij zult mij verhoren, Heer, mijn God. Want ik zei: ‘Laat mijn vijanden zich niet over mij verheugen, niet tegen mij snoeven, als mijn voeten wankelen’. Ik ben de ondergang nabij, en mijn droefheid staat mij steeds voor ogen. Ja, ik beken mijn ongerechtigheid en ben bekommerd vanwege mijn zonde. Maar mijn vijanden leven en zijn machtiger dan ik, en talrijk zijn zij die mij trouweloos haten. Wie goed met kwaad vergelden, bestrijden mij, omdat ik streef naar het goede. Verlaat mij niet, o Heer, mijn God, blijf niet ver van mij verwijderd. Kom mij te hulp, Heer, mijn God en heil.
Eer aan de Vader...

Psalm 50: Miserere mei, Deus
Ontferm U over mij, o God, volgens Uw grote barmhartigheid. En delg mijn misdaad naar de rijkdom van Uw ontferming. Was mij geheel van mijn schuld en reinig mij van mijn zonde. Want ik ben mij van mijn misdaad bewust, en mijn zonde staat mij steeds voor de geest. Tegen U alleen heb ik gezondigd, gedaan wat kwaad is in Uw ogen; zo zult Gij rechtvaardig zijn in Uw vonnis en rein in Uw oordeel. Want zie, in ongerechtigheid ben ik ontvangen, en in zonde ontving mij mijn moeder. Gij bemint de oprechtheid des harten; Uw geheime en verborgen wijsheid hebt Gij mij ontvouwd. Besprenkel mij met hysop, en ik word rein; was mij, en ik word witter dan sneeuw. Laat me weer vreugde en blijdschap vernemen, dan zullen mijn verbrijzelde beenderen juichen. Wend Uw gelaat af van mijn zonden en delg al mijn misdaden uit. Schep een zuiver hart in mij, o God, en vernieuw in mij een vaste geest. Verwerp mij niet van Uw aanschijn en neem Uw Heilige Geest niet van mij weg. Geef mij weer de vreugde van Uw heil en sterk mij met een willige geest. Bozen zal ik Uw wegen leren, en zondaars zullen zich tot U bekeren. Bevrijd mij van bloedschuld, o God, God van mijn heil, en mijn tong zal jubelen over Uw gerechtigheid. Heer, open mijn lippen, en mijn mond zal Uw lof verkondigen. Als Gij een slachtoffer wilde, ik zou het U schenken; maar in brandoffers hebt Gij geen behagen. Een offer voor God is een vermorzelde geest; een verbrijzeld en deemoedig hart zult Gij, God, niet versmaden. Wees Sion, Heer, in Uw goedheid genadig; herbouw Jeruzalems muren. Dan zullen onze gaven en brandoffers U als ware offeranden behagen; dan brengt men weer stieren op Uw altaar.
Eer aan de Vader...

Psalm 101: Domine, exaudi orationem meam
Heer, verhoor mijn gebed, en mijn geroep kome tot U. Wend Uw aangezicht niet van mij af, in de dagen van mijn kwelling neig tot mij Uw oor. Wanneer ik U aanroep, haast U mij te verhoren. Want mijn dagen vervliegen als rook en mijn beenderen verdorren als brandhout. Men maait mij als gras en dor is mijn hart, omdat ik vergeet mijn brood te eten. Door mijn aanhoudend zuchten kleeft mijn gebeente aan mijn vlees. Ik ben als een pelikaan in de woestijn, als een nachtuil te midden van de puinhoop. De slaap blijft ver van mij, en ik ben geworden als een eenzame mus op het dak. Geheel de dag beschimpen mij mijn vijanden, en wie eerst mij prezen, zweren mijn ondergang. As eet ik als brood, en mijn drank vermeng ik met tranen, Om wille van Uw toorn en uw verbolgenheid, omdat Gij mij hebt opgenomen en neergeworpen. Mijn dagen gaan voorbij als een schaduw, en ik verdor als gras. Gij echter, Heer, blijft in eeuwigheid, en Uw aandenken van geslacht tot geslacht. Gij zult opstaan en U over Sion ontfermen, want het is tijd haar genadig te zijn, de tijd is gekomen. Want Uw dienaren hebben haar stenen lief en hebben deernis met haar puinen. Dan zullen, Heer, de volkeren Uw Naam vereren, en alle koningen der aarde Uw heerlijkheid, Wanneer de Heer Sion heeft opgebouwd en zal verschijnen in Zijn heerlijkheid, Wanneer Hij nederziet op het gebed der verdrukten en hun smeken niet veracht. Moge dit worden opgeschreven voor het nageslacht, en het volk, dat geschapen zal worden, zal de Heer loven. Want Hij heeft neergezien uit Zijn verheven heiligdom; de Heer heeft uit de hemel neergezien op de aarde, Om het zuchten der gevangenen te horen en te verlossen hen die gedoemd waren ten dode, Opdat men in Sion de Naam des Heren verkondigt, en Zijn lof in Jeruzalem, Wanneer de volkeren zullen samenkomen en de koningen om de Heer te dienen. Hij heeft vóór de tijd mijn kracht gebroken, mijn dagen verkort. Neem mij niet weg op de helft mijner dagen, Gij wiens jaren duren door alle geslachten. In den beginne hebt Gij, Heer, de aarde gegrondvest, en de hemelen zijn het werk Uwer handen. Zij zullen vergaan, maar Gij blijft; als een kleed zullen zij alle verslijten. Als een mantel verwisselt Gij hen en worden zij vervangen; maar Gij blijft Dezelfde, en Uw jaren nemen geen einde. De zonen Uwer dienaren zullen wonen in veiligheid, en hun zaad zal blijven voor eeuwig.
Eer aan de Vader...

Psalm 129: De profundis clamavi ad te
Uit de diepten roep ik tot U, Heer; Heer, hoor mijn klagen. Laat Uw oor luisteren naar mijn roepen en smeken. Als Gij onze zonden indachtig blijft, Heer; Heer, wie zal stand houden? Maar bij U is vergeving, en wegens Uw wet mag ik op U, Heer, vertrouwen. Daarom vertrouwt mijn ziel op Uw woord, vertrouwt mijn ziel op de Heer. Van de morgenwake tot de nacht ziet Israël uit naar de Heer. Want bij de Heer is ontferming, en overvloedig is Zijn verlossing. Hij Zelf zal Israël bevrijden van al zijn zonden.
Eer aan de Vader...

Psalm 142: Domine, exaudi orationem meam
Heer, verhoor mijn gebed; luister naar mijn smeken volgens Uw trouw; verhoor mij volgens Uw gerechtigheid; en treed niet in gericht met Uw dienaar, want niemand die leeft, is rechtvaardig voor Uw ogen. Want de vijand vervolgt mijn ziel, vertreedt mijn leven ter aarde, doet mij wonen in de duisternis, gelijk aan hen die sinds lang zijn gestorven; daarom versmacht mijn geest in mij, is mijn hart ontsteld in mijn binnenste. Ik ben indachtig de dagen van ouds, overweeg al Uw werken, denk na over hetgeen Uw handen hebben volbracht. Ik strek mijn handen naar U uit; mijn ziel smacht naar U als een dorstig land. Verhoor mij haastig, Heer; mijn geest bezwijkt; wend Uw gelaat niet van mij af; dan zou ik zijn als zij die neerdalen in de grafkuil. Doe mij in de morgen Uw ontferming horen, want op U heb ik gehoopt. Maak mij de weg bekend die ik moet volgen, want tot U verhef ik mijn ziel. Ontruk mij aan mijn vijanden, Heer, tot U vlucht ik; leer mij Uw Wil te doen, want Gij zijt mijn God. Uw goede Geest geleide mij langs een effen pad; om wille van Uw Naam, o Heer, behoud mij in het leven, naar Uw gerechtigheid. Leid mijn ziel uit de benauwing en verdelg mijn vijanden naar Uw goedertierenheid, En richt te gronde allen die mij kwellen, want ik ben Uw dienaar.
Eer aan de Vader...

Antifoon
Wees niet indachtig, Heer, wat wij of onze ouders hebben misdaan; en neem geen wraak over onze zonden.

2 maart 2025

Cantate 'Jesus nahm zu sich die Zwölfe' (BWV22) (cantate voor Zondag Quinquagesima) (Bach)

Zondag Quinquagesima

Epistel
1 Kor. 13, 1-13
Broeders, al spreek ik ook de talen van de mensen en de engelen, maar ik zou de liefde missen, dan ben ik als schallend koper of als een schetterend bekken. En al heb ik ook profetengave, en al ken ik alle geheimen en alle wetenschap, zelfs al heb ik een volmaakt geloof, zodat ik bergen kan verzetten, maar ik zou de liefde missen, dan ben ik niets. En al deel ik mijn gehele vermogen uit tot voedsel voor de armen, el al geef ik mijn lichaam prijs om te worden verbrand, maar ik zou de liefde missen, dan baat het mij niets. De liefde is lankmoedig, - zij is goedig, - de liefde is niet afgunstig; de liefde handelt niet onbehoorlijk, - zij is niet verwaand, - zij is niet eerzuchtig; zij zoekt niet zichzelf, - zij wordt niet verbitterd, - het kwaad blijft zij niet indachtig; zij is niet verheugd over de ongerechtigheid, maar zij verblijdt zich met de waarheid; alles verdraagt zij; alles gelooft zij; - alles hoopt zij; alles verduurt zij. De liefde vergaat nooit, al zullen profetengaven ook verdwijnen, al zullen talen ook verstommen, al zal de kennis ook te niet gaan. Want onvolmaakt slechts is ons kennen, en onvolmaakt slechts is ons profetere; als echter het volmaakte komt, dan zal wat onvolmaakt is, zonder meer verdwijnen. Toen ik nog kind was, sprak ik als een kind, dacht ik als een kind, redeneerde ik als een kind; maar nu ik man geworden ben, heb ik aan het kinderlijke een eind gemaakt. Nu zien wij in een spiegel, vaag als in een raadsel; dan echter van aangezicht tot Aangezicht. Nu ken ik slechts onvolmaakt; dan echter zal ik volledig kennen, zoals ik zelf gekend werd. Nu blijven nog: geloof, hoop en liefde, deze drie; de grootste echter van deze is de liefde.

Evangelie
Lc. 18, 31-43
In die tijd nam Jezus de Twaalf afzonderlijk bij Zich, en zei hun: Zie, wij gaan op naar Jeruzalem en alles zal vervuld worden, wat door de profeten over de Mensenzoon geschreven is; want Hij zal worden overgeleverd aan de heidenen, en Hij zal worden bespot, mishandeld en bespuwd; en zij zullen Hem geselen en doden; - maar op de derde dag zal Hij verrijzen. Doch zij begrepen er niets van; dat woord was voor hen duister, en zij verstonden niet, wat er gezegd werd. Toen Hij nu Jericho naderde, zat er een blinde aan de weg te bedelen. Deze hoorde de menigte voorbij gaan, en vroeg, wat er te doen was. En men zeide hem: Jezus van Nazareth komt voorbij. Toen begon hij te roepen: Jezus, Zoon van David, ontferm U mijner! De mensen echter, die vooraan liepen, gaven hem dreigend te verstaan, dat hij moest zwijgen. Maar hij riep nog veel harder: Zoon van David, ontferm U mijner! Toen bleef Jezus staan, en liet hem bij Zich brengen. En toen hij bij Hem gekomen was, stelde Hij hem de vraag: Wat wilt gij, dat Ik voor u zal doen? En hij antwoordde: Heer, dat ik toch moge zien! Toen zeide Jezus hem: Word ziende! Uw geloof heeft u redding gebracht. En terstond kon hij zien, en hij volgde Hem, terwijl hij God verheerlijkte. En toen het volk dit zag, brachten zij allen lof aan God.

Overweging
Op de laatste zondag voor de vasten brengt de Kerk ons, met de woorden van Jezus Zelf, in herinnering wat wij in deze tijd gaan herdenken: Zijn heilig lijden, dood en verrijzenis.

De apostelen wisten heel goed wat Jezus zei. Het was trouwens niet de eerste keer dat Hij over Zijn aanstaande lijden had gesproken. Maar zij hebben het niet begrepen. Drie keer herhaalt de heilige Lucas dat zij ontoegankelijk waren voor het begrip van Jezus’ lijden. “Zij begrepen er niets van… dat woord was voor hen duister… en zij verstonden niet wat er werd gezegd.” Zij konden het niet inpassen in hun denken. Vol van hun eigen idealen en vervuld van wereldse verlangens droomden zij van een nieuw Israël en van de eerste plaatsen die zij daarin zouden innemen.

Het is niet zonder reden dat de evangelist onmiddellijk op de lijdensvoorspelling de genezing van de blinde van Jericho beschrijft. Het gold als nog een ander teken voor de apostelen, namelijk dat Christus de Heer is en blijft, ondanks Zijn toekomstig lijden. Maar zij waren geestelijk nog blind en hun geloof was te zwak om dat alles te begrijpen. De blinde die uit geloof om genezing bad, werd genezen en kon zien. De apostelen waren zo ver nog niet.

Het is niet zo gemakkelijk om het lijden te waarderen, vooral niet ons eigen lijden. Het is zelfs niet eenvoudig besef te hebben van wat Jezus' lijden voor ons betekent. Hier moet Gods genade werken; hier is een bijzonder licht nodig, het licht van de Heilige Geest. Het is opvallend dat de apostelen na de neerdaling van de Heilige Geest ook in dit opzicht zijn veranderd. Met het Licht van boven begrepen zij alles.

Wij zijn zo gemakkelijk blind voor het mysterie van het lijden; wij zijn verblind en soms willen wij niet zien en niet begrijpen. Als het lijden ons treft in datgene wat ons het meest dierbaar is, als het ons raakt in ons diepste wezen, dan is het zo moeilijk daarin de hand van de Heer te zien. Dan komen er vele vragen: Waarom bestaat het lijden eigenlijk? Waarom treft het mij? Waar blijft God met Zijn vaderlijke voorzienigheid? De wereld tracht ons tot wantrouwen te brengen, tot twijfel, tot ongeloof zelfs. Voor de wereld heeft het lijden geen betekenis en geen waarde; het is zinloos. Maar niet voor een christen. Niet voor iemand die in de voetsporen van Christus wil stappen. En daartoe zijn wij allen, als gedoopten, geroepen. Wij zijn vanaf ons doopsel met het teken van het kruis bestempeld. Wij worden door Zijn lijden en Zijn kruis gered. Wij moeten er ook deel aan hebben. Er is geen verlossing zonder kruis, geen verlossing zonder lijden. Wij weten pas hoe moeilijk het is de gekruisigde Christus te volgen als het lijden aan onze deur klopt. Het aanvaarden, opofferen en beleven van dat lijden is ons christelijk lot; dat is onze christelijke roeping. Maar omdat wij zo vaak blind zijn, moeten wij herhaaldelijk tot Christus roepen en Hem vragen om het diep-inwendige licht van de Heilige Geest. In dat Licht mogen wij zien en begrijpen wat Zijn heilig lijden betekent voor mij, voor de Kerk en voor de wereld. Dat moeten wij ontdekken of herontdekken tijdens de komende Vasten.

1 maart 2025

Afscheid van de dubbelreliek

De dubbelreliek van de Doornenkroon van
Christus en het heilig Kruis van Golgotha,
onder het toeziend oog van de heilige Nicolaas
(op de achtergrond in het glasmozaïek op het
priesterkoor van onze kerk).

De bijzondere dubbelreliek van de Doornenkroon en het heilig Kruis, die al eeuwenlang is toevertrouwd aan de familie Testa, zal in het kader van het 750-jarig bestaan van de stad Amsterdam een blijvende plaats krijgen in de co-kathedrale basiliek van de H. Nicolaas, nadat ze sinds 1935 in onze kerk is bewaard.

De reliekhouder bevat een heilige Doorn van de doornenkroon van Christus en een splinter van het heilig Kruis. In 1660 is deze schrijn met relikwieën door Frans Testa gered uit de brandende Sint-Franciscuskerk in Constantinopel. Sinds die tijd was de reliek in het bezit van de familie Testa. In de 19e eeuw kwam de schrijn terecht in Montpellier (Zuid-Frankrijk), maar in 1911 werd deze weer overgebracht naar Istanboel.

In 1935 is de reliekschrijn verhuisd naar Amsterdam, de toenmalige woonplaats van de familie Testa. Sinds die tijd stond deze schrijn met dubbelrelikwie in onze kerk.

Omwille van de grote religieuze waarde (het is de voornaamste reliek vanwege de nauwe verbintenis met het lijden van de Redder van de mensheid) en de vrees voor diefstal werd de dubbelreliek de laatste decennia bijna altijd in een afgesloten kluis bewaard. Dat belemmerde de publieke toegankelijkheid. Daarom is het nu tijd voor een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis van de reliek en van de familie Testa.

Op zondag 30 maart (Laetare) zal de dubbelreliek worden overgebracht naar de nieuwe permanente locatie in de binnenstad van Amsterdam, waar veilige bewaring en een gemakkelijke toegang zijn gegarandeerd. Na de Hoogmis op zondag 2 maart zal voor de laatste keer in onze kerk de zegen met de dubbelreliek worden gegeven.

Van de pastoor: Eerherstel aan onze Heer Jezus Christus in het Allerheiligste Sacrament

Heer Jezus Christus, in dit wonderbaar sacrament hebt Gij ons de gedachtenis nagelaten
van Uw lijden en sterven. Wij bidden U: laat ons de heilige geheimen van Uw Lichaam en Bloed
met zo grote eerbied vieren dat wij de genade van Uw verlossing voortdurend in ons ervaren.

Beminde gelovigen,

Allereerst mijn hartelijke dank aan degenen die hebben deelgenomen aan de actie Kerkbalans 2025. Op het moment van dit schrijven heeft de parochie bijna € 15.000 ontvangen, een mooie bijdrage aan de hoge kosten die jaarlijks gemaakt worden om de kerk te kunnen openhouden. Wie nog niet heeft bijgedragen kan dat nog steeds doen. Het rekeningnummer vindt u in de rechterkolom van deze site.

Met Aswoensdag begint op 5 maart de heilige vastentijd. Dit is een verplichte vasten- en onthoudingsdag. Dit jaar willen wij ons voorbereiden op de vasten met gelegenheid tot aanbidding van het Allerheiligste Sacrament dat zal worden uitgesteld van dinsdag 4 maart, 12.00 uur, tot woensdag 5 maart, 10.00 uur. Ik hoop dat velen van u van deze gelegenheid gebruik zullen maken, biddend kijkend naar de Redder van de wereld, niet alleen om de juiste gezindheid voor het vasten te verkrijgen, maar ook om eerherstel te brengen voor de gruwelijke heiligschennissen die aan het heilig sacrament worden gepleegd.

Met mijn priesterlijke zegen,
Pater M. Kromann Knudsen FSSP, pastoor